Een hele tour!
Het was een hele tour (drie tours beter gezegd) om de dingen te kunnen zien die ik wilde én ook weer op tijd in Melbourne terug te zijn, maar het is gelukt. En het was absoluut fantastisch! De Outback RULES!
Maar voordat jullie aan mijn laatste weblog beginnen, wil ik eerst mijn welgemeende excuses aanbieden. Het is inmiddels al bijna zes maanden geleden dat ik teruggekeerd ben in Nederland en ik heb meer dan genoeg tijd gehad om dit verhaal eerder te schrijven. Dus: sorry dat het zo lang heeft geduurd! Mea culpa, mea maxima culpa. En dan nu: zet je schrap voor een lang verhaal!
Ik verliet het warme, zonnige en eigenlijk een beetje saaie Broome met een negendaagse tour naar Darwin, die voor het grootste deel over de befaamde Gibb River Road door het natuurgebied de
Kimberley voerde. De groep bestond uit slechts elf personen en we werden vervoerd in een grote Hino 4x4-truck die plaats bood aan 20 passagiers. Ruimte genoeg dus. De 'Gibb' is aangelegd om vee uit
de Kimberley naar de havens van Derby of Wyndham te vervoeren, maar deze onverharde weg wordt nu vooral gebruikt door toeristen in Toyota Landcruisers. Door het type vering dat deze auto's hebben,
verandert de weg gedurende elk droge seizoen weer in één groot wasbord. Niet de meest comfortabele weg dus, maar het hoort bij de ervaring en het was in deze truck prima te doen.
Tijdens de tour hebben we één keer op een camping overnacht, maar de rest van de nachten sliepen we op geïmproviseerde kampeerplekken in de wildernis. Op de meeste plekken waren overigens wel de
befaamde 'dunnies' neergezet (sommigen zelfs met waterspoeling!) en was er stromend water. Eén avond sliepen we echter op een lege verzamelplaats voor road trains. Echt een superplek! Geen
faciliteiten (als je naar de wc moest, nam je de schop mee om ergens verderop een kuiltje te graven) en een geweldig uitzicht. Het lag op een kleine, bijna onbegroeide heuvel aan de Pentecost
rivier en vanaf de top had je rondom een prachtig uitzicht. Overnachten gaat overigens niet met een slaapzak en een luchtbedje in een tent, maar in je slaapzak (daar vond ik het overigens te warm
voor) in een zogenaamde 'swag'; een dun matje met daar omheen een stevige canvas zak. Lekker 'basic'; geweldig!
Eén van de eerste bijzondere plekken die we in de Kimberley bezochten, was Windjana Gorge. Op deze plek stroomt een van zoetwaterkrokodillen ('freshies') vergeven riviertje door een kloof in een
van de vele heuvelruggen. Daar ben ik tot op twee meter afstand van zo'n 2,5 meter lang oerbeest kunnen komen. Toen begon hij te bewegen en zijn tanden te laten zien, dus werd het tijd achteruit te
gaan. Onze gids, bijgenaamd Freckle, leidde ons later op een andere plaats door deze heuvelrug (door Tunnel Creek) naar de andere kant, waar Aboriginal schilderingen van enkele duizenden jaren oud
te vinden zijn. Heel cool.
Zoals ik al zei, hadden de kampeerplekken weinig faciliteiten. Zo weinig zelfs, dat onze eerste douche pas aan het eind van dag zeven was! 'Dat moet flink gestonken hebben', hoor ik de meesten al
denken. Maar dat viel reuze mee, want op de Gibb hebben we elke dag minimaal één keer gezwommen in heerlijk koele en prachtig gelegen poelen en riviertjes. Ik was nooit een grote zwemliefhebber,
maar deze zwempartijen waren echt super. Een paar keer ging er aan het zwemmen een wandeling van een uur of langer vooraf en aangezien de maximum temperatuur veelal rond de 40 graden lag, wilde je
dan wel zwemmen! Daarnaast hebben we onder een paar mooie watervallen gezwommen, wat het nog gaver maakte.
Deze sessies functioneerden overigens niet alleen ter verfrissing. Door sommigen werd het ook gebruikt om een klein wasje te doen. Zo heeft Engelsman Chris uiteindelijk de volle negen dagen in het
zelfde witte (uiteindelijk bruine) T-shirt rondgelopen. Erg grappig en hij verdiende hiermee veel respect bij Freckle; wij waren allemaal 'hardcore', maar Chris het meest van allemaal.
We hadden trouwens flink indruk gemaakt bij onze gids. Na een paar dagen liep alles binnen het team als een machine. Binnen de kortste keren hadden we het kamp opgezet en was het eten klaar. We
waren snel op elkaar ingespeeld en iedereen droeg zijn steentje bij. Daarnaast kon echt iedereen meer dan goed met elkaar opschieten, waardoor de sfeer fantastisch was. Freckle genoot ook en was
zelfs zo onder de indruk, dat hij bij de afscheidsborrel in Darwin de tranen in zijn ogen had staan. En dat maakte weer erg veel indruk op ons.
Na de Kimberley stond het volgende hoogtepunt van mijn reis op het programma; Purnululu National Park, waarin de befaamde Bungle Bungle-range ligt. Het beroemdste deel van deze enorme klomp
zandsteen is het stuk met de koepels. Uit fotoboeken kende ik de plaatjes al, maar het was heel erg gaaf om er dan zelf bij te staan.
We verbleven anderhalve dag en twee nachten in het park. De rit het park in was al erg bijzonder. Deze voert namelijk over een echte 4x4-track, waar je met een normale auto om de haverklap vast zou
zitten. Na ongeveer 2,5 uur slingeren en stuiteren kwamen we aan in het park. Die nacht viel er zowaar een beetje regen! Op zich lekker verkoelend, alleen niet zo fijn als je in de buitenlucht moet
slapen. Gelukkig lag ik nog niet in m'n swag en had ik mijn spullen snel droog ingepakt.
De volgende dag zijn we op twee verschillende plekken wandelingen gaan maken langs de koepels en door spleten van de Bungle Bungles. Vooral het lopen door die spleten was fijn, want daar waaide een
windje en liep je uit de zon. Wel zo lekker als het 43 graden is. 's Middags, tussen de wandelingen in, was er tijd om eventueel een helikoptervlucht te maken over de range. Dat heb ik ook gedaan
en dat was ontzettend gaaf! Sowieso was vliegen in zo'n klein bakkie zonder deuren een ervaring, maar van bovenaf maakten de Bungles nog meer indruk. Het is gewoon zo indrukwekkend om dat soort
natuurfenomenen van dichtbij te zien.
Eenmaal in Darwin had ik één dag om m'n spullen te wassen en alles weer te ordenen, want ik vertrok weer met de volgende tour. Deze vijfdaagse Top End Tour ging langs de hoogtepunten van het
noordelijke deel van de Northern Territory (NT). De tour begon goed met een kapotte startmotor en een paar uur later een lekke band, maar verder is het allemaal prima verlopen. De eerste stop in
deze kleinere 4x4-truck was Litchfield NP, met o.a. de bijzondere 'magnetische' termietenheuvels. De belangrijkste attractie van volgende dag was Nitmiluk NP, waarin zich de Katherine Gorge
bevindt; een ketting van dertien kloven in het landschap waar de Katherine rivier doorheen loopt. Een bijzonder fenomeen en het leuke eraan is, dat je met een kajak of kano door de kloven kan
peddelen. En dat hebben we dus ook gedaan.
De volgende drie dagen (en twee nachten) brachten we door in mijn favoriete deel van de NT; Kakadu NP. Het leek een beetje op het principe van de tour door de Kimberley; wat rijden, wat wandelen en
wat zwemmen in de prachtige natuur. Ofwel: heel gaaf! Helaas was het het einde van het droge seizoen, dus er kwam weinig tot geen water naar beneden uit de watervallen die we bezochten, zoals
Maguk, Jim Jim Falls en Twin Falls. Maar in Kakadu zijn ook nog andere dingen te zien. Er zijn bijvoorbeeld honderden plekken waar Aboriginalkunst te vinden is. Deze plaatsen zijn heilig voor de
lokale aboriginal stammen, dus slechts twee zijn er te bezichtigen voor buitenstaanders. Wij zijn gaan kijken bij Ubirr. Hier vindt je een heleboel tekeningen vlak bij elkaar. En het zijn niet
zomaar een paar krabbeltjes, maar soms zijn die schilderingen meters lang en zijn er meerdere lagen over elkaar getekend. Sommige van die dingen zitten er al vele duizenden jaren. Als je daarbij
stilstaat, is het wel erg indrukwekkend hoor... De tour werd afgesloten met een boottochtje over een billabong (stuk drooggevallen rivier waar nog wel water in staat) met daarin meerdere, bijzonder
gevaarlijke zoutwaterkrokodillen, de zogenaamd 'salties', Het was niet zo'n tour waar ze stukken kip aan een hengel boven de rivier hangen om de salties te laten springen, maar het was ook al
indrukwekkend om die préhistorische beesten door het water te zien glijden terwijl ze jou nauwlettend in de gaten hielden.
Na een paar dagen in benauwd Darwin te zijn bijgekomen (gelukkig hebben ze er overal airco op de kamers), ben ik met de trein naar Alice Springs gegaan. Ook deze keer was het weer een lange rit; de
Ghan doet er 26 uur over om naar het midden van dit continent te komen, wat één nachtje in een treinstoel betekende. Iedereen kent de naam Alice Springs en je zou denken dat het een behoorlijke
stad is, maar er leven nog geen 30.000 mensen. Het plaatsje is dus niet groot en daardoor overzichtelijk. In de dagen die ik er doorbracht heb ik o.a. een bezoek gebracht aan de plek waar dit oord
haar naam aan te danken heeft; de bron die vernoemd is naar Alice, de vrouw van 'Postmaster General' Todd. Het grappige is dat deze plek helemaal geen bron is, maar een diep punt in de Todd-rivier.
Ten tijde van de stichting van 'Alice' bleef er namelijk in de droge periode nog water staan in dit gat, waardoor men dacht dat het een bron was.
In Alice zie je meer dan waar ook in Australië Aborigines in de stad rondlopen. Er zijn marktjes waar ze op traditionele wijze geschilderde dingen verkopen, maar sommigen zitten elke dag in het
centrum te schilderen. Er is hier dus veel aanbod, ook in allerlei winkels en galerieën. Daarnaast zijn er ook veel plaatsen waar je didgeridoos kunt kopen. Ik had in Darwin al wat rondgekeken,
want ook daar zijn ze op veel plekken te krijgen. De 'didg' is namelijk in het noorden ontstaan en heeft zich van daaruit door Australië verspreid. In Darwin was ik niet geslaagd, maar in Alice
vond ik er één die me erg aansprak en waar ik ook behoorlijk geluid uit kon krijgen. Dit was overigens mede te danken aan het feit dat ik de dag ervoor had meegedaan aan een gratis workshop.
Vanuit Alice vertrok mijn derde en laatste tour in OZ. In zes dagen terug naar het zuiden, terug naar Adelaide. In die zes dagen hebben we 3700 km afgelegd, wat betekende dat we behoorlijk veel in
de bus gezeten hebben. Maar ook deze keer was het een leuke groep, dus saai was het niet. Na een lange rit bezochten we als eerste Kings Canyon. Voor degenen die naar aanleiding van mijn verhaal in
Perth 'Priscilla, Queen of the Desert' hebben gezien: dit is de plek waarop wordt gedoeld als Adam / Felicia (Guy Pearce) zegt: 'Just what this country needs: a cock in a frock on a rock'. Op het
eind van de film beklimmen de drie heren / dames ook daadwerkelijk deze kloof. Een mooi plekje.
De volgende ochtend stond de zonsopgang bij Uluru (bij velen beter bekend als Ayers Rock) op het programma, wat betekende dat we om 3.55 uur op moesten!! Niet de fijnste tijd, maar je moet er iets
voor over hebben om mooie dingen te zien. Helaas was het bewolkt en viel de zonsopkomst dus een beetje tegen. Wat volgde was een wandeling om 's werelds grootste monoliet (343 m hoger dan de
omgeving, 9,4 km in omtrek), wat een dikke twee uur in beslag nam. Uluru is van dichtbij best indrukwekkend en de aboriginal legendes zijn erg mooi, maar het gaafst is nog deze klomp steen vanaf
een afstand te zien. Dan zie je pas echt hoe hij afsteekt tegen het platte, lege landschap eromheen. Wat echter meer indruk op mij maakte is Kata-Tjuta, ook wel de Olga's genoemd. Dit zijn 36
koepels van samengeperst steen (546 m hoger dan de omgeving), welke op een zelfde manier afsteken tegen de omgeving als Uluru. Het leuke aan deze plek is echter, dat er een wandelroute is waarbij
je tussen de koepels door kan. En dat hebben we dus ook gedaan.
Honderden kilometer en een lange rit verder, kwamen we in wat volgens mij het lelijkste plaatsje van OZ moet zijn; Coober Pedy. Omdat het hier zo warm wordt in de zomer, woont 80% van de mensen in
uitgegraven huizen onder de grond. Samen met het feit dat verreweg de meeste mensen daarnaast ook nog ondergronds in de opaalmijnen werken, is dat denk ik de reden dat men het niet zo belangrijk
vindt hoe dingen er boven de grond uitzien. Er hangt bovendien een beetje een vreemde sfeer, dus ik vond het niet erg dat we na één nachtje alweer verder trokken richting het zuiden.
De laatste dagen brachten de door op een paar prachtige plekjes in en bij de Flinders Ranges, alvorens we via het wijngebied Clare Valley in Adelaide aankwamen. Net als bij de andere twee tours
gingen we na afloop met zijn allen wat eten en drinken. Deze keer kon ik echter niet tot in de vroege uurtjes blijven, want de volgende ochtend om 8.00 uur vertrok mijn bus naar Melbourne!
Mijn laatste week in OZ bracht ik door op mijn 'vaste' logeeradres, bij Ric en Jenni. Het was heel fijn de laatste dagen niet in een vol en druk hostel te hoeven doorbrengen, maar alvast een beetje
tot rust te kunnen komen op een vertrouwde, rustige plek. Heerlijk. Ik heb ook nog een nachtje gelogeerd bij Roeland (met wie ik van Sydney naar Melbourne ben gereisd) en Ruth. Zij wonen namelijk
samen! Roeland heeft zijn rondje OZ afgemaakt, heeft zijn tweede visum verdiend en woont nu samen met Ruthie helemaal aan de rand van Melbourne.
Doordat ik druk was met het reorganiseren van m'n spullen, het kopen van de laatste souvenirs en ik nog gedag wilde zeggen tegen een hoop mensen, was het onmogelijk íedereen te bezoeken. Daarom
hielden Ric en Jenni maar een afscheidsfeestje voor me! Echt super! Er waren een hoop oud-collega's, vrienden en familie en het was een gezellige boel. Ik voelde me vereerd dat iedereen de moeite
nam hier naartoe te komen om mij uit te zwaaien.
En toen ineens was het zover. Het was 21 november, de dag van mijn vertrek. Die morgen stapte ik met een erg tweeslachtig gevoel de deur uit in Kensington, om op weg te gaan naar het vliegveld. Het was fijn om terug naar huis te gaan, maar reizen is verslavend en OZ is ontzettend gaaf. Ik heb er veel leuke mensen ontmoet en heb er vrienden gemaakt bij wie ik mij echt thuis voel. Het was een beetje vreemd en ook wel moeilijk die achter te laten. Maar daarentegen ging ik terug naar (in willekeurige volgorde) familie, vrienden en vriendin. Ook niet verkeerd! Eén ding is echter zeker: ik ga nog een keer terug, misschien wel meer dan één keer ;-)
Rest alleen mij nog iedereen te bedanken die al die tijd mijn berichtjes gelezen heeft en de foto's heeft bekeken, maar bovenal diegenen die reacties achterlieten. Ik vond het erg leuk jullie commentaar te lezen. Het gaf me het gevoel dat ik nog wat contact had met de wereld thuis en ik het niet alleen voor mezelf deed. Heel erg bedankt en tot de volgende weblog!
Gegroet,
Jasper
Reacties
Reacties
Gaaf om toch nog even de laatste ervaringen in OZ terug te kunnen lezen. Jammer dat er voorlopig geen vervolg meer komt... ;-)
Hey Jasper!
Jouw verhaal is af :-) Heel leuk om te lezen!!! Ik krijg er ook zin in ....
Godverdomme Jasper, ik nomineer je voor de meeste lakse-reisblogger 2007/2008! Mooi verhaal dat wel, en nu?
Nou Ruudje,
Dan nomineer ik jou voor de meest lakse reisblog-reageerder. Deze post staat er al anderhalve maand op!
Wat nu? De bedoeling is om ergens in noevember voor een maand of vier er tussenuit te gaan. Deze keer samen met m'n meisje naar ZO-Azië en ook weer even bij vrienden in OZ langs. Als we toch "in de buurt zijn" :-)
Erm, ga je ook nog ooit iets aan een carriere doen, of ga je me vertellen dat ik dadelijk nog eerder daarmee ben begonnen als jij (ik studeer 1 sept af, als alles goed gaat)?
Gadverdamme Ruud!
Wil je vieze woorden als "carrière" alsjeblieft niet meer in de mond nemen? Wij kunnen dadelijk nog tot ons 67ste werken, dus ik laat me nu (nog) niet een huisje-boompje-beestje-keurslijf injagen. Werken kan altijd nog! ;-)
Veel succes deze laatste loodjes by the way. Laat het me weten of het gelukt is. Je hebt m'n mailadres nog?
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}